Knoflookpad Pelobates fuscus Datum & tijd: De knoflookpad is variabel van kleur. Bij verstoring kan de knoflookpad een geur afscheiden dat licht naar knoflook ruikt. Herkenning De knoflookpad is een plompe pad met opvallend uitpuilende ogen met verticale pupillen. Het lichaam is variabel van kleur (van licht gelig tot bruin) op de rug met een patroon van donkere vlekken. Op de flanken bevinden zich vaak rode of oranje vlekjes. De knoflookpad heeft een opvallend grote graafknobbel op zijn achterpoot. Bij verstoring kan de knoflookpad een geur afscheiden dat licht naar knoflook ruikt. Knoflookpadden kunnen tot 8 cm groot worden. De roep van de mannetjes is vooral 's avonds te horen, maar in de piekperiode ook 's nachts. Ze maken het geluid onder water; een zacht klok-klok-geluid dat alleen van zeer dichtbij te horen is, of met hulp van een hydrofoon. Roep: Your browser does not support the audio element. Ecologie Voortplanting Het voortplantingsbiotoop bestaat vaak uit vrij grote en diepe poelen met een weelderige onderwater- en oevervegetatie en een voedselrijk karakter. Ze trekken vanaf de tweede helft maart, maar vooral in april naar het water. De voortplantingsactiviteit vindt plaats in april, maar kan afhankelijk van de weersomstandigheden uitlopen tot half juni. De individuele dieren verblijven enkele weken in het water, waarbij zij zich ook nog eens het liefst in het diepe gedeelte ophouden. De dikke eisnoeren, die van april tot in juni afgezet kunnen worden, zijn heel herkenbaar maar vaak moeilijk te vinden tussen de weelderige onderwatervegetatie. De eieren zijn 1,5 tot 2,5 cm breed en de verstrengelde snoeren hebben een gemiddelde lengte van 40-70 cm. De eisnoeren worden aan waterplanten verankerd, vaak in de wat diepere gedeelten, en kunnen 700 tot 3.400 eieren bevatten. De egaal grijze, bruine tot blauwzwarte larven kunnen zeer groot worden en hebben een opvallend hoge rugvinzoom.Grote larven hangen vaak aan het oppervlak in het water, maar duiken bij verstoring snel weg. In de avond zijn ze met een zaklamp goed te vinden aan het wateroppervlak. Vanaf juli zijn 's avonds ook pas gemetamorfoseerde knoflookpadjes actief in de buurt van de poel op open zandplekjes. Ze hebben al een duidelijk (en individueel) herkenbaar kleur- en vlekkenpatroon. Levenswijze De knoflookpad is gebonden aan de stroomdalen van beken en rivieren in het oosten en zuidoosten van Nederland. Het is een bedreigde soort, die maar op een paar plekken voorkomt. Daar gaat hij ook nog eens sterk achteruit. De soort heeft een voorkeur voor agrarisch gebied, ruderaal terrein (zoals volkstuinen), rivierduintjes en halfnatuurlijke graslanden. De soort wordt ook relatief vaak gemeld op en rond infrastructuur (dijken, wegen en spoorlijnen). Daarnaast wordt de knoflookpad gemeld uit de randen van heideterreinen en uit bos en struweel. Een absolute voorwaarde voor deze (grotendeels ondergronds levende) soort is de aanwezigheid van open zandplekken omringd door vegetatie. Het zand moet een zodanige structuur hebben, dat het goed vergraafbaar is. Ook extensief bewerkte akkers (bijv. asperge en aardappelen) voldoen hieraan. Knoflookpadden zijn ’s nachts actief. Overdag graven ze zich in. Voedsel: kevers, mieren, duizend- en miljoenpoten, insectenlarven en wormen. Larven vooral algen, watervlooien, maar ook dierlijk voedsel en aas. Verspreiding In Nederland wordt de knoflookpad aangetroffen op pleistocene zandgronden in Limburg, Noord-Brabant, Gelderland, Overijssel en Drenthe. De belangrijkste concentraties zijn momenteel te vinden in Drenthe en in het rivierengebied. Hierbuiten gaat het niet goed met de soort. De soort is vaak rivier- en beekdalbegeleidend en plant zich daar voort in zelden overstromende (laagdynamische) wateren in of bij rivierduinen. De versmalling van het winterbed, de verhoogde hydrodynamiek en de voortgeschreden uitkleding van het oorspronkelijke rivierenlandschap hebben de soort hier echter ver teruggedrongen. De knoflookpad wordt ook aangetroffen in verrijkte vennen aan de randen van beek- en rivierdalen en ook wel in agrarische gebieden met zandige, extensief bewerkte bodems. Door verzuring van voortplantingswateren en door intensivering van de akkerbouw heeft de soort hier veel terrein prijs moeten geven. In diverse voormalige leefgebieden is de soort geherintroduceerd Bedreiging en bescherming De knoflookpad is als ‘bedreigd’ opgenomen in de Rode lijst. De soort is opgenomen in de Europese Habitatrichtlijn (bijlage 4). De soort is beschermd volgens de Wet Natuurbescherming. In het RAVON tijdschrift is een artikel over deze wet verschenen. Dit artikel is hier te vinden. Monitoring en trends Binnen het landelijk Meetprogramma Amfibieën, onderdeel van het Netwerk Ecologisch Monitoring (NEM), worden gegevens verzameld om te volgen hoe het gaat met de amfibieën in Nederland. Bij monitoring worden herhaald in de tijd gegevens verzameld volgens een vaste werkwijze. In vaste telgebieden worden meerdere keren per jaar de aantallen waargenomen amfibieën per soort geteld. Op basis hiervan kunnen van vijf soorten aantalstrends bepaald worden. Daarnaast worden gegevens verzameld middels projecten en losse waarnemingen (Telmee.nl of Waarneming.nl) wat bruikbaar is voor het verspreidingsonderzoek. Hiermee kunnen ook de trends in verspreiding worden vastgesteld. Wil je hier zelf een bijdrage aan leveren dan kun je voor meer informatie kijken op Meetprogramma Amfibieën, Amfibieën daglijstje of Verspreidingsonderzoek Amfibieën. De knoflookpad is het meest moeilijk te inventariseren amfibie in Nederland. Dit komt door zijn verborgen leefwijze in alle stadia van zijn levenscyclus. Monitoring kan door: avondtellingen van kooractiviteit bij het voortplantingswater (april); Aantaltrend Zie ook Atlastekst Zoekkaart Herkenningskaart knoflookpad Herkenningskaart eieren Herkenninskaart larven Folder Beschermingsplan Hygiëneprotocol Printen 27274 Waardeer dit artikel Geen waardering