Kopvoorn Squalius cephalus Datum & tijd: De kopvoorn is een vrij zeldzame vissoort die aangetroffen wordt in structuurrijke rivierdelen waar snel- en langzaamstromende delen elkaar afwisselen. Deze karperachtige heeft een torpedovormig lichaam met een relatief brede kop waarmee deze soort een andere bouw heeft dan andere karperachtigen. Herkenning Kopvoorn (Squalius cephalus) behoort tot de familie van de karperachtigen (Cyprinidae) en is een langgerekte torpedovormige vis met een relatief brede kop. De randen van de schubben zijn donker waardoor er een netvormige tekening op de flanken ontstaat. Jonge dieren zijn zilverkleurig, oudere dieren vaak olijfbruin tot bronskleurig. Kopvoorn kan tot 80 centimeter groot worden maar in Nederland worden de dieren doorgaans niet groter dan ruim 60 centimeter. Graskarper, winde en serpeling vertonen overeenkomsten met kopvoorn. Het onderscheid bij dieren langer dan 10 centimeter is te maken op basis van de vorm van de anaalvin. De rand van de anaalvin van kopvoorn is bolrond terwijl deze bij graskarper recht en bij serpeling en winde holrond tot recht is. Serpeling heeft bovendien een onderstandige bek, die van kopvoorn is eindstandig. Ecologie Voortplanting Er wordt gepaaid vanaf mei in ondiep snelstromend water boven grind, grof zand en waterplanten. Levenswijze Het verspreidingsgebied van kopvoorn loopt van Frankrijk tot zuid Scandinavië en van Engeland tot aan de Oeral. Het voornaamste leefgebied ligt in de middenlopen van rivieren, maar ook in de kleinere bovenlopen en in de benedenlopen komt de soort voor. In Nederland ligt het belangrijkste leefgebied in de Grensmaas en de beken die hierop uitmonden. Kopvoorns prefereren structuurrijke rivierdelen waar snel- en langzaamstromende delen elkaar afwisselen. Ze bevinden zich vaak in de beschutting van holle oevers, overhangende bomen of plantenbedden in de diepere en minder snel stromende delen. De jonge dieren groeien op in de ondiepe oeverzones en voeden zich met plantmateriaal, insecten en andere ongewervelde waterdieren. Volwassen kopvoorns eten ook visjes en amfibieën. Verspreiding In Nederland wordt deze soort voornamelijk aangetroffen in de beken en rivieren van Limburg. Maar ook zijn er waarnemingen van dieren in grotere rivieren elders in het land. Bedreiging en bescherming Kopvoorn is een vrij zeldzame soort in Nederland die in het verleden achteruit gegaan is door het verslechteren van de waterkwaliteit en het normaliseren van beken en rivieren. Het herstel van de natuurlijke riviermorfologie, het verwijderen van stuwen of de aanleg van vispassages kunnen leiden tot het herstel van leefgebieden. Kopvoorn is opgenomen in de Visserijwet met een minimummaat van 30 centimeter en een gesloten tijd van 1 april tot 31 mei. Op de Rode Lijst heeft de soort de status ‘kwetsbaar’. (Staatscourant 2015 nr. 36471). Monitoring en trends Binnen het landelijk Verspreidingsonderzoek Zoetwatervissen, onderdeel van het Netwerk Ecologisch Monitoring (NEM), worden gegevens verzameld om te volgen hoe het gaat met de zoetwatervissen in Nederland. Voor een aantal soorten wordt gericht gezocht door vrijwilligers in door RAVON geselecteerde kilometerhokken. Daarnaast worden gegevens gebruikt die verzameld zijn middels andere monitoringsprogramma's (o.a. KaderRichtlijn Water), projecten en losse waarnemingen (Telmee.nl of Waarneming.nl). Op basis hiervan kunnen verspreidingstrends bepaald worden. Wil je hier zelf een bijdrage aan leveren, dan kun je voor meer informatie kijken op Verspreidingsonderzoek Zoetwatervissen. Zie ook Tel mee Printen 12432 Waardeer dit artikel Geen waardering