Roofblei Leuciscus aspius De roofblei is een uitheemse soort in Nederland die in de grote rivieren en de hiermee verbonden wateren vrij algemeen voorkomt. Herkenning De roofblei (Leuciscus aspius) behoort tot de familie van de karperachtigen (Cyprinidae) en heeft een langgerekt zijdelings afgeplat lichaam met zilverkleurige flanken. Kenmerkend is de grote bovenstandige bek met een puntig onderkaak die in een kuiltje in de bovenkaak valt. Roofblei kan tot 87 cm lang worden. Gelijkende karperachtigen zoals winde en alver hebben een kleinere bek zonder kuiltje in de bovenkaak. Spiering heeft een vetvin en ruikt naar komkommer. Ecologie Voortplanting Vroeg in het voorjaar migreert roofblei stroomopwaarts naar de paaiplaatsen waarbij ze grote afstanden kunnen afleggen. De paai vindt plaats in de periode maart-april, in stromend water op grindrijke bodems of plaatsen met vegetatie. Vermoedelijk wordt er ook gepaaid in overstroomde uitwaarden. Na één tot twee weken komen de eitjes uit en laten de larven zich meedrijven met de stroom naar langzaam stromende rivierdelen zoals nevengeulen waar ze opgroeien. Levenswijze en habitat Roofblei is een gedeeltelijk stromingsminnende soort. Jonge dieren voeden zich met kleine ongewervelden zoals aasgarnaaltjes, vlokreeftjes en insectenlarven. Vanaf 30 centimeter staat hoofdzakelijk vis op het menu, waarbij regelmatig in kleine groepen wordt gejaagd net onder het wateroppervlak. Verspreiding Het oorspronkelijke leefgebied van roofblei strekt zich van Oost-Duitsland uit tot aan de Aral Zee. In Duitsland is roofblei in het laatste kwart van de 20e eeuw uitgezet ten behoeve van de hengelsport en heeft zich vanuit hier waarschijnlijk naar Nederland verspreid. De eerste Nederlandse waarneming werd in 1984 in de Roer gedaan en betrof in Duitsland uitgezette dieren. Tegenwoordig komt de soort in alle grote Nederlandse rivieren en de hiermee verbonden wateren zoals meren en kanalen voor. Bedreiging en bescherming De rooflbei is een exoot en geniet daarom geen bescherming in Nederland. Er zijn geen aanwijzingen dat de soort een negatieve invloed op de inheemse visfauna heeft. In Nederland is de soort sinds 2010 opgenomen in de Visserijwet, zonder gesloten tijd of minimummaat. In het oorspronkelijke leefgebied is roofblei beschermd middels bijlage II van de Habitatrichtlijn. Monitoring en trends Binnen het landelijk Verspreidingsonderzoek Zoetwatervissen, onderdeel van het Netwerk Ecologisch Monitoring (NEM), worden gegevens verzameld om te volgen hoe het gaat met de zoetwatervissen in Nederland. Voor een aantal soorten wordt gericht gezocht door vrijwilligers in door RAVON geselecteerde kilometerhokken. Daarnaast worden gegevens gebruikt die verzameld zijn middels andere monitoringsprogramma's (o.a. KaderRichtlijn Water), projecten en losse waarnemingen (Telmee.nl of Waarneming.nl). Op basis hiervan kunnen verspreidingstrends bepaald worden. Wil je hier zelf een bijdrage aan leveren, dan kun je voor meer informatie kijken op Verspreidingsonderzoek Zoetwatervissen. Zie ook Zoekkaart Exotische vissen Rapport Risk analysis of exotic fish species Help mee, geef je waarnemingen door Vorig artikel Roodwangschildpad (Exoot) Volgend artikel Rugstreeppad Printen 5406